De VVCS-cijfers nader bekeken

Erwin Beltman

Tussen 2013 en 2022 tilde Erwin Beltman met zijn team de grasmat van stadion De Kuip naar een hoger niveau. Tegenwoordig werkt hij als consultant. Op Sportvelden.info deelt hij z’n ervaringen om goede grasmatten te bereiken. Vandaag bespreekt hij de tussenstand van de VVCS-Veldencompetitie.

De laatste cijfers van de VVCS Veldencompetitie tonen een aantal interessante dingen. Vergeleken met de cijfers die aan het eind van het seizoen 2022-2023 zijn vergeven, heeft meer dan de helft van de grasvelden in de Eredivisie nu een lagere beoordeling gekregen. En de stap vooruit die de paar velden hebben gezet die als beter zijn beoordeeld, kun je marginaal noemen. Een positieve uitschieter is het veld van Fortuna Sittard. Dat is met 0,72 punt naar een 3,43 gestegen. Daar lijkt men het nu goed in de vingers te hebben.

Met een score van 4,59 kon het veld van zowel de Johan Cruijff Arena als De Kuip niet heel veel meer verbeteren. De maximale score is namelijk vijf. Toch is het het team van De Kuip gelukt om wat extra’s te vinden. Zij stegen met 0,16 punt naar een 4,75. Daarentegen duikelde het veld van de JCA naar een 3,63. Dat is bijna een heel punt naar beneden. Die duikeling is opmerkelijk omdat juist de JCA dankzij haar dak en grote verscheidenheid aan technologie, alles bezit om de omstandigheden voor de grasmat volledig te beheersen. Die duikeling is ook opmerkelijk omdat vier van de zeven Eredivisiewedstrijden die Ajax in de JCA speelde, verloren gingen of in een gelijkspel eindigde. En het is de aanvoerder van de tegenstander die de kwaliteit van het veld moet beoordelen. Doorgaans stemt een positief wedstrijdresultaat deze wat milder. Dat het, ondanks de goede reeks van Feyenoord in De Kuip, het grasteam aldaar toch gelukt is om hoger te scoren, is daarom extra positief. Aan de andere kant: wie zich nog het thuisduel tegen Aletico Madrid herinnert, weet dat een lelijke baan over de volle lengte van het veld, het beeld domineerde. Het is misschien wat cynisch maar in La Liga zou dit niet zijn getolereerd. Daar moeten de velden te allen tijde een homogene kleur hebben om zo mooie televisiebeelden te garanderen. Dat is ook meteen het enige waarop men in La Liga de velden toetst. Wat dat betreft wil ik hier gelijk het veld van PSV meenemen. Dat scoorde nu een verdienstelijk 4,38 maar was medio december niet in staat het bekerduel PSV-FC Twente te faciliteren. Naar mijn mening zijn alle clubs die standaard Europees voetbal ambiëren, het aan hun stand verplicht om altijd een goed veld op te leveren. Zowel Feyenoord-Atletico Madrid als PSV-FC Twente domineerde de betreffende speelronde de spreekwoordelijke affiches. Helaas had een imperfect veld nu een (grote) negatieve impact.

Makkelijk praten?

Natuurlijk is het van op afstand makkelijk(er) praten en natuurlijk was 2023 een jaar vol extremen maar het is nu eenmaal wat het is en daar hebben we mee te dealen. Persoonlijk vind ik dat juist het mooie aan onze werkzaamheden. Belangrijk is daarbij wel dat we meer gaan anticiperen. De in 2018 uitgesproken wens om het Nederlands voetbal terug naar het hoogste niveau te brengen, is duidelijk. Het aankomende verbod op kunstgras in de Eredivisie vloeit uit die wens voort. Daar zal dus een resultaat tegenover gezet moeten worden. De meeste Eredivisieclubs die hun veld op orde hebben, ontvangen aan het eind van elk seizoen 350.000 euro bonus. Met dat bedrag valt veel te bereiken. Voorwaarde is wel dat de club dat geld opnieuw in het veld, het onderhoudsmateriaal of haar onderhoudsteam investeert. De facilitair manager van FC Utrecht wist het onlangs goed onder woorden te brengen: met drie seizoenen (op rij) 350.000 euro bonus vanuit de Eredivisie CV, zullen zij de investering van een miljoen in hun stadionveld, heel snel terugverdienen. Alles beter dan de enorme kostenpost voor opgetrommelde medewerkers, ingekochte voorraden of, bijvoorbeeld, aangegane commerciële verplichtingen om, vervolgens, op het allerlaatste moment een wedstrijd te moeten annuleren.

Het blijft mensenwerk

Ik blijf erop hameren dat die bonus ook in het grasteam geïnvesteerd moet worden in plaats van alleen in techniek. De VVCS-cijfers tonen aan dat, ondanks hun forse investeringen in uitgerekend techniek die een veld droog zou moeten kunnen trekken, zowel het veld van Sparta als FC Utrecht de eerste helft van dit seizoen minder goed beoordeeld zijn dan over het seizoen 2022/2023. En ook het veld van PEC Zwolle wist het, ondanks alle technologie, niet te redden. Dat terwijl ze nog niet zo lang geleden, door testinstituut Sports Labs als beste werden beoordeeld. Met investeren in techniek alleen, red je het dus niet. Daarnaast raakt het me om te horen hoe dat er al een groundsman in de Eredivisie gewisseld is. De reden daarvoor ken ik niet, maar ik weet uit eigen ervaring dat de druk en de verwachtingen hoog zijn. Dat verdient steun vanuit het management maar ook een beloning die passend is. Zelfs wanneer men beschikt over een goed veld en alle mogelijke technologieën, blijft die 350.000 euro bonus het resultaat van de activiteiten van het grasteam. In vind het niet meer dan terecht dat ze daar wat van terug zien.

Lastig parket

Het zal een hele toer worden om de velden goed voor de tweede seizoenshelft te prepareren. De huidige temperaturen en de vooruitzichten, maar ook het intensieve programma dat voor meteen na de winterstop is uitgewerkt, maakt dat de groundsman weinig tot geen tijd heeft om echt veel of intensieve activiteiten te ondernemen. Wat rest is hopen op gunstige weersomstandigheden tijdens een thuiswedstrijd. In dat opzicht verwacht ik dat het veld van de Johan Cruijff Arena de komende maanden beter zal presteren. Daar zullen ze het dak nu gesloten hebben om de ideale omstandigheden voor het gras te creëren.

Ironisch genoeg zitten ook de groundsman van de Keuken Kampioen Divisie in een lastig pakket. Met uitzondering van De Graafschap, dat vanwege een onbespeelbaar veld twee wedstrijden moest annuleren, scoren alle grasvelden dit jaar hoger in de VVCS-Veldencompetitie. Dat is een compliment voor alle betrokkenen. Zeker omdat zij dat vaak met nog minder middelen realiseren dan hun collega’s in de Eredivisie. Maar als de clubbestuurders hier wind van krijgen, dan valt het lastig te beargumenteren dat ook de Keuken Kampioen Divisie haar portemonnee moet trekken om blijvend goede velden te realiseren.

Spannende tijden

De komende vier maanden worden spannende tijden. Krijgen de groundsman de kans om de velden te repareren en goed te prepareren? En wordt dat resultaat dan ook nog eens eerlijk beoordeeld? Want nu de spanningen en belangen in zowel de Eredivisie als Keuken Kampioen Divisie de komende weken stijgen, wordt de subjectieve mening van de bezoekende aanvoerder, steeds gekleurder. Ook dat is iets waarop we zullen moeten anticiperen.

Erwin Beltman is voormalig groundsman van Stadion De Kuip in Rotterdam. Tussen 2013 en 2022 werd het stadionveld acht keer op rij uitgeroepen tot beste veld van de Nederlandse Eredivisie. Tegenwoordig is hij directeur van Master in Grass en ondersteunt en adviseert hij collega groundsmen.

De visie of informatie die hij in zijn artikelen deelt, hoeven niet perse die van de uitgever te zijn.

Volgende maand bespreek ik de problematiek van schimmels