De watertoets heeft een nieuw jasje
Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is dee watertoets vervangen door de Weging van het waterbelang. Ook deze heeft meer een samenwerkend dan een dwingend karakter en is alleen bij nieuw te bouwen kunstgrasvelden van toepassing. Het doel blijft hetzelfde maar, gezien de recente ontwikkelingen qua neerslag, is er alle reden om hier zorgvuldig mee om te gaan. Eventueel ook bij een renovatie.
De nieuwe Weging van het waterbelang werd actief toen de overheid op 1 januari dit jaar de nieuwe Omgevingswet activeerde. De benaming is wat anders maar de gedachte erachter blijft hetzelfde: bij het opstellen van ruimtelijke plannen en initiatieven dient of dienen de waterbeheerder(s) in een zo vroeg mogelijk stadium betrokken te worden om de belangen van waterkwantiteit en kwaliteit te borgen. Voor wat betreft de waterkwantiteit is ‘compensatie verhardingstoename’ voor de waterschappen een nog belangrijkere regel in de verordening geworden. Als in een gebied de oppervlakteverharding toeneemt, dan zal de afvoer van neerslag sneller verlopen dan voorheen het geval was. Voor deze versnelde afvoer zijn compenserende maatregelen nodig, bijvoorbeeld in de vorm van extra waterberging. Voor wat betreft de sportveldensector is dit relevant wanneer men een grasveld vervangt door kunstgras. Afgaande op de wensen die Gerben van Hardeveld van NOC*NSF elders in deze editie uitspreekt, zal dat proces de komende jaren nog stevig voorgezet worden. “Wie overstapt van ongedraineerd gras naar gedraineerd kunstgras zal in dat proces ook de gemeente of waterbeheerder moeten betrekken omdat kunstgras een sterk voorbeeld van verstening is. In dat geval zal de waterbeheerder erop sturen dat een buffer of waterberging wordt gerealiseerd om het bufferend vermogen van de bodem dat nu wegvalt, te compenseren,” zegt Wim Glaap van adviesbureau Newae. Zo’n buffer kan ook een wadi zijn of een waterbergende fundering zijn. Het waterbelang hoeft alleen gewogen te worden bij nieuwbouwprojecten en niet bij kunstgrasrenovaties. Glaap vindt dat jammer. “Men gaat ervanuit dat de Watertoets al is doorlopen toen het kunstgrasveld destijds werd aangelegd.” Die gedachtegang is begrijpelijk maar hij wijst erop dat de oude Watertoets een vrijwillig en vrijblijvend proces was in een tijd waarin het neerslagpatroon minder en minder hevig was. “Het zette vooral in op het vooraf inventariseren van wensen en mogelijke knelpunten maar er was geen harde eis dat de opgedane kennis ook in het project verwerkt zou worden.” Glaap denkt niet dat er in het verleden projecten doorheen zijn gedrukt of geslipt waarin water onvoldoende werd gerespecteerd. De Watertoets stelde namelijk wel verplicht verantwoording af te leggen over de manier waarop men met het advies van die waterbeheerder was omgegaan. Maar het neerslagpatroon is de afgelopen jaren wel aanzienlijk veranderd. “Tegenwoordig zijn de regenbuien vaak heviger dan vroeger. Dat betekent dat we meer neerslag per bui krijgen. Je kunt je afvragen of men daar destijds al voldoende bij heeft stilgestaan of dat het verstandig is om met de kennis van nu, alles eens opnieuw vast te stellen.”
Verschilt per waterschap
Max Admiraal van HB Advies sluit zich aan bij de mening van Glaap en wijst op het standpunt dat de Unie van Waterschappen heeft ingenomen. “Die stellen dat ruimtelijke plannen van overheden invloed hebben op de waterbeheerdoelen van waterschappen en dat waterschappen daarom betrokken moeten worden nog voor ruimtelijke plannen worden gemaakt.” Toch leeft bij de waterschappen het gevoel dat zij nog altijd nauwelijks betrokken zijn bij exploitatieplannen en exploitatieovereenkomsten
Om verder te kunnen lezen:Of login als u al abonnee bent |